×
Een eerlijk proces voor Clarice Gargard
L. C.
heeft deze petitie aangemaakt voor
College van procureurs-generaal
Naar aanleiding van een live verslag van een anti-zwarte pieten demonstratie in 2017 ontving journalist en schrijver Clarice Gargard ruim 7000 haatberichten. Deze week staan 25 geselecteerde daders terecht voor intimidatie, haat en het oproepen tot geweld. Maandagochtend werd vlak voor aanvang van het proces de officier van justitie Jacobien Vreekamp, met wie Gargard het proces twee jaar lang heeft voorbereid, van de zaak gehaald. Gargard en haar advocaat hebben dit uit de media moeten vernemen. Het OM zwichtte voor een extreem-rechts gemotiveerde campagne.
Dit is wederom een voorbeeld van het institutioneel racisme waar we ons als samenleving de afgelopen tijd massaal over hebben uitgesproken. Er is een krachtig signaal aan het College van Procureurs Generaal (landelijke leiding van het OM) nodig voor gerechtigheid. In samenwerking met prof. dr. Tom Zwart is de onderstaande, formele brief geschreven met een dringend verzoek tot herstel van een eerlijk proces.
Steun Clarice Gargard en onderteken deze brief.
Like en deel #westandwithclarice @westandwithclarice
Dit is een onafhankelijk initiatief van steunbetuigers.
Lees meer over de zaak en een persoonlijk statement van Clarice Gargard via Lilith: https://www.lilithmag.nl/blog/2020/9/14/racisme-en-geweld-propageren-is-geen-mening-maar-regelrechte-haat
"Het College van Procureurs-Generaal
Den Haag
Mevrouw, mijne heren,
Wij wenden ons tot u omdat u, ook blijkens de Memorie van Toelichting bij de wetswijziging die heeft geleid tot invoering van Titel IIIA van het Wetboek van Strafvordering, toeziet op de correcte uitvoering van slachtofferhulp op de parketten door de Hoofdofficieren van Justitie.
Wij maken bezwaar tegen het besluit van de Hoofdofficier van het parket Amsterdam om Officier van Justitie Vreekamp af te halen van de strafzaak waarin de journaliste Clarice Gargard als slachtoffer van bedreigingen en racisme optreedt.
Naar onze mening is dit besluit in strijd met art. 51a, lid 2 van het Wetboek van Strafvordering, dat aan het OM de verplichting oplegt om het slachtoffer correct te bejegenen. Van een correcte bejegening is geen sprake nu het slachtoffer aan de vooravond van de zitting te horen kreeg dat de Officier waarmee zij gedurende twee jaren intensief aan deze zeer emotionele zaak heeft gewerkt van de zaak was afgehaald, waardoor een streep werd gehaald door de vertrouwensband die gedurende die periode tussen beiden was opgebouwd.
Naar ons oordeel is het besluit onvoldoende gemotiveerd. De Hoofdofficier heeft besloten om Officier van Justitie Vreekamp van de zaak af te halen omdat zij door haar afdoeningsbeslissing in de Akwasi zaak in de schijnwerpers is komen te staan en haar aanwezigheid daarom de aandacht zou kunnen afleiden van de inhoud van de zaak Gargard. Deze motivering staat geheel los van de zaak waarin Clarice Gargard slachtoffer is. Iedere zaak moet in ons rechtssysteem op zijn eigen merites worden beoordeeld en niet op grond van overwegingen in een andere zaak.
Bovendien kan de gegeven motivering het besluit niet dragen. De enige reden waarom Officier van Justitie Vreekamp in de schijnwerpers is komen te staan is dat er een politiek gemotiveerde campagne tegen haar is begonnen, geleid door het Tweede Kamerlid Wilders. Dit betekent dat het besluit om Officier Vreekamp van de zaak te halen politiek is gemotiveerd, terwijl het optreden van het OM in het kader van het strafproces nu juist gevrijwaard dient te zijn van politieke beïnvloeding.
Clarice Gargard is in het geheel niet gehoord over het voornemen om Officier Vreekamp van de zaak te halen. Dit is niet alleen in strijd met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, maar ook met art. 4 van het Kaderbesluit van de Europese Raad van 15 maart 2001 inzake de status van het slachtoffer in de strafprocedure.
Naar ons oordeel is het besluit onevenredig. Aan het OM zouden diverse middelen ten dienste hebben gestaan om te voorkomen dat de afdoeningsbeslissing in de Akwasi zaak een publicitaire weerslag zou hebben op de zaak waarin Clarice Gargard slachtoffer is, zoals het publiceren van de afdoeningsbeslissing of het beleggen van een persconferentie. Het zeer zware middel van het afhalen van Officier van Justitie Vreekamp van de zaak staat niet in een evenredige verhouding tot het nagestreefde doel.
Het belang dat Clarice Gargard heeft bij voortgezette samenwerking met Officier Vreekamp is in het geheel niet meegewogen bij het nemen van de beslissing. Dat is niet alleen in strijd met het verbod op een kennelijk onredelijke belangenafweging, maar ook met art 2, lid 1 van het Kaderbesluit van de Europese Raad van 15 maart 2001 inzake de status van het slachtoffer in de strafprocedure, dat erkenning van de rechten en rechtmatige belangen van het slachtoffer voorschrijft.
Wij verzoeken u dan ook dringend om het besluit van de Hoofdofficier in te trekken en mevrouw Vreekamp weer op te laten treden als Officier in de zaak Gargard. Wij verzoeken u tevens erop toe te zien dat het OM beslissingen in discriminatiezaken voortaan weloverwogen, zorgvuldig en met inachtneming van de rechten en belangen van de slachtoffers neemt."
Dit is wederom een voorbeeld van het institutioneel racisme waar we ons als samenleving de afgelopen tijd massaal over hebben uitgesproken. Er is een krachtig signaal aan het College van Procureurs Generaal (landelijke leiding van het OM) nodig voor gerechtigheid. In samenwerking met prof. dr. Tom Zwart is de onderstaande, formele brief geschreven met een dringend verzoek tot herstel van een eerlijk proces.
Steun Clarice Gargard en onderteken deze brief.
Like en deel #westandwithclarice @westandwithclarice
Dit is een onafhankelijk initiatief van steunbetuigers.
Lees meer over de zaak en een persoonlijk statement van Clarice Gargard via Lilith: https://www.lilithmag.nl/blog/2020/9/14/racisme-en-geweld-propageren-is-geen-mening-maar-regelrechte-haat
"Het College van Procureurs-Generaal
Den Haag
Mevrouw, mijne heren,
Wij wenden ons tot u omdat u, ook blijkens de Memorie van Toelichting bij de wetswijziging die heeft geleid tot invoering van Titel IIIA van het Wetboek van Strafvordering, toeziet op de correcte uitvoering van slachtofferhulp op de parketten door de Hoofdofficieren van Justitie.
Wij maken bezwaar tegen het besluit van de Hoofdofficier van het parket Amsterdam om Officier van Justitie Vreekamp af te halen van de strafzaak waarin de journaliste Clarice Gargard als slachtoffer van bedreigingen en racisme optreedt.
Naar onze mening is dit besluit in strijd met art. 51a, lid 2 van het Wetboek van Strafvordering, dat aan het OM de verplichting oplegt om het slachtoffer correct te bejegenen. Van een correcte bejegening is geen sprake nu het slachtoffer aan de vooravond van de zitting te horen kreeg dat de Officier waarmee zij gedurende twee jaren intensief aan deze zeer emotionele zaak heeft gewerkt van de zaak was afgehaald, waardoor een streep werd gehaald door de vertrouwensband die gedurende die periode tussen beiden was opgebouwd.
Naar ons oordeel is het besluit onvoldoende gemotiveerd. De Hoofdofficier heeft besloten om Officier van Justitie Vreekamp van de zaak af te halen omdat zij door haar afdoeningsbeslissing in de Akwasi zaak in de schijnwerpers is komen te staan en haar aanwezigheid daarom de aandacht zou kunnen afleiden van de inhoud van de zaak Gargard. Deze motivering staat geheel los van de zaak waarin Clarice Gargard slachtoffer is. Iedere zaak moet in ons rechtssysteem op zijn eigen merites worden beoordeeld en niet op grond van overwegingen in een andere zaak.
Bovendien kan de gegeven motivering het besluit niet dragen. De enige reden waarom Officier van Justitie Vreekamp in de schijnwerpers is komen te staan is dat er een politiek gemotiveerde campagne tegen haar is begonnen, geleid door het Tweede Kamerlid Wilders. Dit betekent dat het besluit om Officier Vreekamp van de zaak te halen politiek is gemotiveerd, terwijl het optreden van het OM in het kader van het strafproces nu juist gevrijwaard dient te zijn van politieke beïnvloeding.
Clarice Gargard is in het geheel niet gehoord over het voornemen om Officier Vreekamp van de zaak te halen. Dit is niet alleen in strijd met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, maar ook met art. 4 van het Kaderbesluit van de Europese Raad van 15 maart 2001 inzake de status van het slachtoffer in de strafprocedure.
Naar ons oordeel is het besluit onevenredig. Aan het OM zouden diverse middelen ten dienste hebben gestaan om te voorkomen dat de afdoeningsbeslissing in de Akwasi zaak een publicitaire weerslag zou hebben op de zaak waarin Clarice Gargard slachtoffer is, zoals het publiceren van de afdoeningsbeslissing of het beleggen van een persconferentie. Het zeer zware middel van het afhalen van Officier van Justitie Vreekamp van de zaak staat niet in een evenredige verhouding tot het nagestreefde doel.
Het belang dat Clarice Gargard heeft bij voortgezette samenwerking met Officier Vreekamp is in het geheel niet meegewogen bij het nemen van de beslissing. Dat is niet alleen in strijd met het verbod op een kennelijk onredelijke belangenafweging, maar ook met art 2, lid 1 van het Kaderbesluit van de Europese Raad van 15 maart 2001 inzake de status van het slachtoffer in de strafprocedure, dat erkenning van de rechten en rechtmatige belangen van het slachtoffer voorschrijft.
Wij verzoeken u dan ook dringend om het besluit van de Hoofdofficier in te trekken en mevrouw Vreekamp weer op te laten treden als Officier in de zaak Gargard. Wij verzoeken u tevens erop toe te zien dat het OM beslissingen in discriminatiezaken voortaan weloverwogen, zorgvuldig en met inachtneming van de rechten en belangen van de slachtoffers neemt."
Gepost
(Laatst bijgewerkt )
Dit als ongepast melden
Er is een fout opgetreden bij het uploaden van jouw bestanden en/of verslag.